Algemene dekkingsmiddelen

Ontwikkelingen Provinciefonds
Half december 2015 heeft het IPO ingestemd met een nieuw verdeelmodel van het provinciefonds en is het onderliggende eindrapport van de commissie Jansen ‘Redelijk Verdeeld’ aangeboden aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De minister heeft toegezegd zich te zullen inspannen om de wettelijke aanpassingen door te voeren, zodat het verdeelmodel per 1 januari 2017 kan worden ingevoerd. De commissie is er in geslaagd in haar rapport een verdelingsmodel neer te leggen wat voldoet aan de randvoorwaarden die door het IPO bestuur aan de commissie waren meegegeven. De financiële verhoudingswet moet in lijn gebracht worden met de voorstellen van de commissie. Op dit moment wordt de Raad van State om advies gevraagd. Het streven is de inwerkingtreding van deze wetswijziging op 1 januari 2017 te laten plaatsen.

Het herziene verdeelmodel vergroot de bestedingsvrijheid en draagt bij aan de open huishouding van de provincies. Concreet betekent dit dat de middelen bij voorkeur worden opgenomen in de algemene uitkering van het provinciefonds. Het nieuwe verdeelmodel voorziet onder andere in de inpassing van de middelen voor natuur en de Brede Doeluitkering (BDU) Verkeer en Vervoer in de algemene uitkering van het provinciefonds. Daarmee worden deze middelen niet langer onderscheidend opgenomen en gepresenteerd in de circulaires, maar vormen zij een integraal onderdeel van de algemene uitkering.

Voor de begroting 2017 hebben wij in afwachting van de wetswijziging de bestaande begrotingssystematiek (als incidentele specifieke baten) via doeluitkeringen doorgetrokken in het meerjarenperspectief. In de kadernota 2017 zal wanneer de wetswijziging heeft plaatsgevonden deze begrotingssystematiek worden herzien.

Algemene dekkingsmiddelen

Als provincie hebben wij jaarlijks de beschikking over algemene financiële middelen om de beleidsplannen van Provinciale Staten uit te voeren. Dat zijn de algemene dekkingsmiddelen en deze staan los van de doeluitkeringen met een specifieke bestemming. De algemene dekkingsmiddelen hebben een viertal bronnen:

  1. opcenten motorrijtuigenbelasting
  2. uitkering uit het Provinciefonds van het Rijk
  3. rente-inkomsten op uitgezette middelen (treasuryresultaat)
  4. overige algemene inkomsten.

Wij hechten aan een realistische en solide financiële basis onder ons beleid. De uitvoering van het coalitieakkoord doen wij op een sobere en doelmatige manier, waarbij een scherpe afweging van prioriteiten en kosten het uitgangspunt is.Wij gebruiken alleen de financiële middelen die we nu hebben. Zo kunnen we tegenvallers opvangen en de provinciale opcenten op de motorrijtuigenbelasting gelijk houden. De algemene dekkingsmiddelen worden hieronder nader toegelicht.

Beschikbare dekkingsmiddelen

Realisatie

Begroting

2015

2016

2017

2018

2019

2020

Opcenten motorrijtuigenbelasting

115.301

116.500

118.131

119.785

121.462

123.162

Uitkering provinciefonds

38.638

33.117

32.928

34.295

36.275

39.385

Treasuryresultaat

9.997

8.028

3.806

4.082

5.108

5.605

Overigen

2.972

629

200

200

200

200

Totaal

166.908

158.274

155.065

158.362

163.045

168.352

Tabel 7 Beschikbare algemene dekkingsmiddelen (x € 1.000,-)

A. Opcenten motorrijtuigenbelasting
Ruim 75% van de algemene dekkingsmiddelen bestaat uit de opcenten motorrijtuigenbelasting. Dit is dus de belangrijkste eigen inkomstenbron. Wij baseren ons op de meest recente gegevens van de Belastingdienst ten aanzien van aantallen en gewichtsklassen van motorrijtuigen in de provincie Utrecht. Beide factoren zijn mede bepalend voor de hoogte van de provinciale inkomsten uit opcenten MRB. Vanaf 2017 wordt uitgegaan van een gematigde groei.

B. Algemene uitkering Provinciefonds
Het ministerie van Binnenlandse Zaken informeert ons over de ontwikkeling van de algemene uitkering uit het Provinciefonds via circulaires. In deze begroting is de meest recente circulaire (de meicirculaire) verwerkt. Deze meicirculaire leidt tot positieve bijstellingen van onze ramingen van de algemene uitkering Provinciefonds. De oorzaak hiervan is met name gelegen in de trap op trap af systematiek van het Rijk.

C. Treasuryresultaat
Naar verwachting zal begin 2017 € 374 mln. zijn uitgezet in geld- en kapitaalmarkt. Deze gelden worden uitgezet conform de wet Fido en de bepalingen in de geactualiseerde Verordening interne zaken provincie Utrecht 2004. Hiertegenover staan in belangrijke mate beleidsverplichtingen en voorzieningen. Zolang deze middelen niet zijn aangewend (er rusten uiteraard wel claims op), worden deze in de schatkist belegd.

D. Overige algemene inkomsten

De overige algemene inkomsten bestaan uit de renteopbrengst van het Startersfonds (€ 0,2 mln.)